Je gedachten en overtuigingen bepalen hoe je tegen dingen aankijkt.
Gedachten beïnvloeden je gevoel en gedrag. Word je 's nachts wakker van een geluid in huis en denk je dat het een inbreker is, dan word je bang. Maar als je denkt dat het de hond is die een beetje rondscharrelt, dan slaap je weer rustig door.
Focus je op het positieve (glas halfvol), dan ervaar je meer zelfvertrouwen en minder stress. Negatieve gedachten (glas halfleeg) leiden vaak tot piekeren. Train jezelf om positiever in het leven te staan door naast een negatieve gedachte een positieve gedachte te bedenken. Heb je vaak de neiging om negatief te denken? Maak dan aan het eind van je werkdag eens een lijstje van dingen die goed zijn gegaan.
Overtuigingen zijn vaak al in onze jeugd gevormd. Hoe vaker je een bepaalde overtuiging hebt, hoe meer je hem traint. Dit geldt zowel voor inspirerende als voor belemmerende overtuigingen. Denk je vaak: 'Dit gaat nooit lukken', dan is de kans groot dat je ergens niet meer aan begint. Denk je vaak: 'Ik kom er wel', dan neem je meer initiatieven en geniet je meer van je werk.
Door in gedachten belemmerende overtuigingen te vervangen door positieve, bewijs je jezelf een dienst.
Voorbeeld
